TAE is de afkorting van ‘Thinking At the Edge’: denken aan de rand, denken aan de rand van wat je duidelijk weet. TAE is focussen toepassen, niet op een persoonlijk emotioneel probleem maar op jouw persoonlijk weten omtrent iets. Je hebt een vaag weten over bijvoorbeeld een aspect omtrent moeder zijn of omtrent leraar zijn of omtrent welk gebied ook dat jouw bijzondere interesse heeft. Of je bent een student die een wetenschappelijk onderwerp wilt uitdiepen voor zijn of haar thesis. Het is een weten dat jij wellicht alleen hebt en dat nieuw is, dat vaag en onduidelijk is; je voelt het maar je vindt er moeilijk woorden voor.
TAE biedt stappen aan om met focussen jouw gevoelde zin van dat pril weten stapje voor stapje ‘uit een te leggen’. Uit dat impliciet weten komen daarbij geleidelijk aan meer en meer dingen naar boven. Je komt meer en meer te weten uit wat eerst een vaag aanvoelen was. Je zult verrast zijn over hoe rijk zo’n impliciet weten kan zijn.
Op het einde van de eerste negen stappen heb je een heel aantal aspecten gevonden. In het tweede deel van de procedure maak je, ook aan de hand van zorgvuldig uitgetekende stappen, met datgene wat naar boven gekomen is een theorie. Deze vertrekt van de belangrijkste aspecten uit je gevoelde zin. Deze worden termen, die zorgvuldig gedefinieerd worden, en aan elkaar gekoppeld worden. Zo kom je tot een logisch samenhangende uiteenzetting van het stukje weten dat je eerst experiëntieel hebt uitgediept.
Dus in het eerste deel is er de experiëntiële uitwerking en in het tweede deel wordt de logica ingebracht en kan dit zijn werk doen. Dan krijg je een theorie gevoed vanuit deze tweevoudige rijkdom, het experiëntiële dat je ontgint met focussen en dat nieuwe ideeën aanbrengt, en het logische waarin dit uitgewerkt experiëntieel weten ondergebracht wordt.